Translations for „beslissing“ in the Dutch » German Dictionary

be·slis·sing <beslissing|en> [bəslɪsɪŋ] N f

1. beslissing (besluit):

beslissing

Entscheidung f

een beslissing nemen

eine Entscheidung treffen

2. beslissing (doorslag):

beslissing

Ausschlag m

Usage examples with beslissing

rijp voor een beslissing

beschlussreif

gronden voor een beslissing

Gründe für eine Entscheidung

een verantwoorde beslissing

eine vertretbare Entscheidung

een beslissing afdwingen

eine Entscheidung erzwingen

een beslissing nemen

eine Entscheidung treffen

de beslissing overlaten aan iem

jdm die Entscheidung überlassen

die beslissing zal nog wel even aanlopen

die Entscheidung wird wohl noch ein Weilchen dauern

de beslissing heeft haar veel strijd gekost

die Entscheidung hat sie manchen Kampf gekostet

na innerlijke strijd tot een beslissing komen

sich zu einem Entschluss durchringen

de beslissing laat nog op zich wachten

die Entscheidung steht noch aus

er valt aan deze beslissing niet te tornen

an dieser Entscheidung ist nicht zu rütteln