Translations for „redden“ in the Dutch » German Dictionary

red·den¹ <redde, h. gered> [rɛdə(n)] VB trans

1. redden (uit gevaar, een situatie helpen):

redden

retten

God heeft de mensen willen redden

Gott hat die Menschen erlösen wollen

iem van de dood redden

jdn vor dem Tod retten

2. redden (gedaan krijgen) + het:

het redden

(es) schaffen

red·den² <redde zich, h. zich gered> [rɛdə(n)] VB wk ww

redden (zich kunnen handhaven)

sich dat zu helfen wissen

redden (moeizaam)

sich durchschlagen

redden (met weinig)

sich behelfen

zich eruit redden

den Hals aus der Schlinge ziehen

hij kan zich goed redden

er weiß sich zu helfen

ik spreek genoeg Frans om me te kunnen redden

mein Französisch reicht aus, um mich durchzuschlagen

Usage examples with redden

het redden

(es) schaffen

met levensgevaar iem redden

unter (eigener) Lebensgefahr jdn retten

het vege lijf redden

die nackte Existenz retten

zijn figuur redden

das Gesicht wahren

zich eruit redden

sich aus der Affäre ziehen

zijn gezicht redden/verliezen

sein Gesicht wahren/verlieren

zich door liegen eruit redden

sich herauslügen [o. durchlügen]

hij kan zich goed redden

er weiß sich zu helfen

iem van de dood redden

jdn vor dem Tod retten

iem van een wisse dood redden

jdn vor dem sicheren Tod retten

God heeft de mensen willen redden

Gott hat die Menschen erlösen wollen

ik spreek genoeg Frans om me te kunnen redden

mein Französisch reicht aus, um mich durchzuschlagen

hij wist zich door een slimmigheidje eruit te redden

er wusste sich mit einer Finte zu retten