Dutch » German

Translations for „stemming“ in the Dutch » German Dictionary (Go to German » Dutch)

stem·ming <stemming|en> [stɛmɪŋ] N f

4. stemming econ.:

stemming
Stimmung f
stemming
Tendenz f spec
stemmingen en koersen
Tendenzen und Kurse pl
een lusteloze stemming (beurs)
eine lustlose Stimmung
de stemming was verdeeld
die Tendenz war uneinheitlich

5. stemming (het op de juiste toon brengen):

stemming
Stimmung f
stemming
Stimmen nt
stemming
Einstimmung f

Usage examples with stemming

de stemming erin brengen
Stimmung machen
de stemming zit erin
es herrscht Stimmung
een hoofdelijke stemming houden
eine namentliche Abstimmung abhalten
de stemming was verdeeld
die Tendenz war uneinheitlich
zich van stemming onthouden
sich der Stimme enthalten
een fantastische stemming
eine Bombenstimmung
in stemming brengen
zur Abstimmung bringen
een lusteloze stemming (beurs)
eine lustlose Stimmung
tot stemming overgaan
zur Abstimmung übergehen [o. schreiten]
de stemming peilen
die Stimmung sondieren
bij hoofdelijke stemming
durch namentliche Abstimmung
in een slechte stemming zijn
in schlechter Stimmung sein
er heerst een vijandige stemming
es herrscht eine feindselige Atmosphäre
de stemming zakte beneden nul
die Stimmung sank auf null
een motie in stemming brengen
über einen Antrag abstimmen
zijn gezicht weerspiegelde zijn stemming
sein Gesicht spiegelte seine Stimmung wider
voor iets in de stemming zijn
für etw in Stimmung sein
stemming maken voor/tegen iets/iem
Stimmung für/gegen etw/jdn machen

Browse the dictionary

Dutch

Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski
Browse the dictionaries
Most popular