Translations for „überschreien“ in the Dutch » German Dictionary

(Go to German » Dutch)

ver·schroei·en² <verschroeide, i. verschroeid> [vərsxrujə(n)] VB intr (door schroeien bedorven raken)

verschroeien

versengt werden

be·schoei·en <beschoeide, h. beschoeid> [bəsxujə(n)] VB trans

beschoeien

befestigen

schrei·en¹ <schreide, h. geschreid> [sxrɛiə(n)] VB trans (plengen)

schreien

weinen

schreien

vergießen

hete tranen schreien

heiße Tränen vergießen [o. weinen]

schroei·en² <schroeide, h./i. geschroeid> [sxrujə(n)] VB intr (aan de oppervlakte branden)

schroeien

sengen

be·snoei·en¹ <besnoeide, h. besnoeid> [bəsnujə(n)] VB intr (bezuinigen)

besnoeien

sparen

op enkele posten besnoeien

an einigen Posten sparen

op enkele posten besnoeien

an einigen Posten Abstriche machen

be·sproei·en <besproeide, h. besproeid> [bəsprujə(n)] VB trans

1. besproeien (sproeiend begieten):

besproeien

besprühen

besproeien

bespritzen

besproeien

(be)sprengen

2. besproeien landb.:

besproeien

besprengen

besproeien

bewässern

besproeien

berieseln