Dutch » German

Translations for „aanvoeren“ in the Dutch » German Dictionary (Go to German » Dutch)

aan·voe·ren <voerde aan, h. aangevoerd> [anvurə(n)] VB trans

1. aanvoeren (leiden):

aanvoeren
de stoet aanvoeren

2. aanvoeren (met een vervoermiddel aanbrengen):

aanvoeren
hout aanvoeren

3. aanvoeren (als bewijs naar voren brengen):

aanvoeren
aanvoeren

Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski