Translations for „bewaren“ in the Dutch » German Dictionary

be·wa·ren <bewaarde, h. bewaard> [bəwarə(n)] VB trans

1. bewaren:

bewaren (niet wegdoen)

aufbewahren

bewaren (niet wegdoen)

aufheben

bewaren (conserveren)

erhalten

iets als herinnering bewaren

etw als [o. zur] Erinnerung behalten

2. bewaren:

bewaren (wegbergen)

aufbewahren

bewaren (wegbergen)

aufheben

bewaren (zorgvuldig opgeborgen houden)

verwahren

bewaren (zorgvuldig opgeborgen houden)

bewahren

deze appels kunnen lang bewaard worden

diese Äpfel halten sich lange

3. bewaren (in acht nemen):

bewaren

wahren

afstand bewaren fig

(den) Abstand wahren

4. bewaren (niet verliezen, handhaven):

bewaren

bewahren

5. bewaren (behoeden):

bewaren

bewahren

bewaren

behüten

voor een ziekte bewaard blijven

von einer Krankheit verschont bleiben

God bewaar me!

Gott bewahre [o. behüte] !

Usage examples with bewaren

distantie bewaren

Distanz wahren

afstand bewaren fig

(den) Abstand wahren

droog bewaren

trocken aufbewahren

koel bewaren

kühl lagern

iets als herinnering bewaren

etw als [o. zur] Erinnerung behalten

zijn kalmte bewaren

die Ruhe bewahren

het stilzwijgen bewaren/verbreken

Stillschweigen bewahren/das Schweigen brechen

zijn flegma bewaren

im Phlegma verharren

zijn originaliteit bewaren/handhaven

seine Originalität (be)wahren

zijn fatsoen houden [o. bewaren ]

den Anstand wahren

de gedachte aan iets bewaren

etw in Erinnerung behalten

iets in [o. op ] spiritus bewaren

etw in Spiritus dat aufbewahren

het lekkerst voor het laatst bewaren

sich dat das Beste bis [o. für] zuletzt aufheben

een appeltje voor de dorst bewaren fig

sich dat einen Notgroschen zurücklegen

een blijvende herinnering aan iem bewaren

jdn in bleibendem Andenken behalten

het diepste geheim over iets bewaren

etw streng geheim halten