Dutch » German

Translations for „klauw“ in the Dutch » German Dictionary (Go to German » Dutch)

klauw <klauw|en> [klɑu] N f

1. klauw (nagel van roofdieren):

klauw
Kralle f

2. klauw:

klauw (poot van een roofdier)
Klaue f
klauw (grote roofdieren ook)
Pranke f
klauw (grote roofdieren ook)
Tatze f

3. klauw (hand van een mens):

klauw
Klaue f
klauw
Krallen pl

4. klauw (krab, slag):

klauw
klauw
Schlag m
een klauw van de kat krijgen

Usage examples with klauw


Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski