Translations for „edelheid“ in the Dutch » German Dictionary

ijdel·heid <ijdel|heden> [ɛidəlhɛit] N f

ijdelheid

Eitelkeit f

gekrenkte ijdelheid

gekränkte Eitelkeit

dat streelt zijn ijdelheid

das schmeichelt seiner Eitelkeit

edel·hert <edelhert|en> [edəlhɛrt] N nt

edelhert

Rothirsch m

snel·heid <snel|heden> [snɛlhɛit] N f

snelheid

Geschwindigkeit f

snelheid (persoon, dier)

Schnelligkeit f

de gemiddelde snelheid

die Durchschnittsgeschwindigkeit

op snelheid komen

in Fahrt kommen

op snelheid komen

auf Touren kommen

supersonische snelheid

Überschallgeschwindigkeit f

op volle snelheid

mit Höchstgeschwindigkeit

snelheid per uur

Stundengeschwindigkeit f

die film heeft een hoge snelheid

dieser Film hat eine hohe Lichtempfindlichkeit

veel·heid <veel|heden> [velhɛit] N f

1. veelheid wisk.:

veelheid

Menge f

2. veelheid (groot aantal):

veelheid

Vielzahl f

veelheid

Vielheit f

3. veelheid (het samengesteld zijn):

veelheid

Mannigfaltigkeit f

soe·pel·heid [supəlhɛɪt] N f geen pl (letterlijk)

soepelheid

Geschmeidigkeit f

soepelheid

Gelenkigkeit f

soepelheid

Biegsamkeit f

soepelheid fig

Flexibilität f

schel·heid <schel|heden> [sxɛlhɛɪt] N f

1. schelheid (scherpe klank):

schelheid

Schrillheit f

schelheid

Grellheit f

2. schelheid (felheid):

schelheid

Grellheit f

schelheid

Grelle f

hoe·veel·heid <hoeveel|heden> [huvelhɛit] N f

hoeveelheid

Menge f

hoeveelheid

Anzahl f

de hoeveelheid rode bloedlichaampje

die Anzahl rote(r) Blutkörperchen

een hoeveelheid brandstof

eine Brennstoffmenge

een enorme hoeveelheid boeken

eine Unmenge Bücher

sim·pel·heid [sɪmpəlhɛɪt] N f geen pl

1. simpelheid:

simpelheid (eenvoud)

Einfachheit f

simpelheid (soberheid)

Schlichtheit f

2. simpelheid (onnozelheid):

simpelheid

Einfältigkeit f

simpelheid

Einfalt f form

ver·ge·tel·heid [vərɣetəlhɛit] N f geen pl

vergetelheid

Vergessenheit f

iets aan de vergetelheid onttrekken [o. ontrukken]

etw der Vergessenheit dat entreißen

in de vergetelheid geraken

in Vergessenheit geraten

ver·me·tel·heid [vərmetəlhɛɪt] N f geen pl

vermetelheid

Verwegenheit f

vermetelheid

Kühnheit f

wind·snel·heid <windsnel|heden> [wɪntsnɛlhɛit] N f

windsnelheid

Windgeschwindigkeit f

edelsmid N

User Entry

edelsmid m

Juwelier m

edelmoedig ADJ

User Entry

edelmoedig

edelmütig

edelmoedig

hochgesinnt

edelmoedigheid N

User Entry

edelmoedigheid f

Großzügigkeit f

edelmoedigheid f

Edelmut m

edelmoedigheid f

Generosität f