Translations for „noorden“ in the Dutch » German Dictionary

noor·den [nordə(n)] N nt geen pl

noorden

Norden m

het barre/hoge noorden

der raue/hohe Norden

een kamer op het noorden

ein Zimmer nach Norden

ten noorden van

nördlich +gen

de wind komt uit het noorden

der Wind weht aus nördlicher Richtung

Usage examples with noorden

naar het noorden (windrichting)

nach Norden

het barre/hoge noorden

der raue/hohe Norden

ten noorden van

nördlich +gen

een kamer op het noorden

ein Zimmer nach Norden

de wind komt uit het noorden

der Wind weht aus nördlicher Richtung

de naald wijst het noorden aan

die Nadel zeigt nach Norden

de wind draait naar het noorden

der Wind dreht nach Norden