Translations for „gärte“ in the German » Dutch Dictionary

ˈga·ren¹ [ˈgaːrən] VB intr

garen

gaar worden

ˈga·ren² [ˈgaːrən] VB trans

garen

gaar laten worden

ˈgä·ren¹ <gor, gegoren> [ˈgɛːrən] VB intr

gären

gisten

gären

bruisen

gären (rumoren)

woelen

gären fig a.

broeien

der Aufruhr gor im Volk selten

het volk was in beroering (gekomen) [o. geraakte in gisting]

der Aufruhr gärte im Volk

het volk was in beroering (gekomen) [o. geraakte in gisting]

ˈgä·ren² <gor, gegoren> [ˈgɛːrən] VB trans (fermentieren)

gären

doen gisten

Usage examples with gärte

der Aufruhr gärte im Volk

het volk was in beroering (gekomen) [o. geraakte in gisting]