Translations for „abkommandiert“ in the Dutch » German Dictionary

(Go to German » Dutch)

com·man·dant <commandant|en> [kɔmɑndɑnt] N m

1. commandant gesch.:

commandant

Kommandant m

de militaire commandant

der Truppenführer

de plaatselijke commandant

der Ortskommandant

de plaatselijke commandant

der Platzkommandant

2. commandant:

commandant (vrijwillige brandweer)

Wehrführer m

commandant (beroepsbrandweer)

Branddirektor m

com·man·de·ren <commandeerde, h. gecommandeerd> [kɔmɑnderə(n)] VB trans

commanderen

kommandieren

de commanderende officier

der Befehlshaber

commandeer je hond en blaf zelf

ich lasse mich von dir nicht herumkommandieren

re·com·man·de·ren <recommandeerde, h. gerecommandeerd> [rekɔmɑnderə(n)] VB trans

recommanderen

empfehlen