Dutch » German

Translations for „identificeren“ in the Dutch » German Dictionary (Go to German » Dutch)

iden·ti·fi·ce·ren <identificeerde, h. geïdentificeerd> [idɛntifiserə(n)] VB trans

1. identificeren (de identiteit vaststellen):

identificeren
iem (als de dader) identificeren

2. identificeren (vereenzelvigen):

identificeren
identificeren
zich identificeren met

Usage examples with identificeren

zich identificeren met
iem (als de dader) identificeren

Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski