Translations for „rui“ in the Dutch » German Dictionary

rui [rœy] N m geen pl

1. rui:

rui (van vogels)

Mauser f

rui (van vogels)

Mauserung f

rui (van zoogdieren)

Haarwechsel m

onze kanarie is aan de rui

unser Kanarienvogel ist in der Mauser

2. rui:

rui (ruitijd: van vogels)

Mauser f

rui (ruitijd: van vogels)

Mauserzeit f

rui (ruitijd: van zoogdieren)

Zeit f des Haarwechsels

de kippen zijn in de rui

die Hühner mausern (sich)

Usage examples with rui

onze kanarie is aan de rui

unser Kanarienvogel ist in der Mauser

de kippen zijn in de rui

die Hühner mausern (sich)