Translations for „Familienvorstand“ in the Dutch » German Dictionary

(Go to German » Dutch)

fa·mi·lie·ro·man <familieroman|s> [familiromɑn] N m

familieroman

Familienroman m

men·sen·ver·stand [mɛnsə(n)vərstɑnt] N nt geen pl

mensenverstand

Menschenverstand m

mensenverstand

menschliche(r) Verstand m

fa·mi·lie·naam <familie|namen> [familinam] N m

familienaam

Familienname m

familienaam

Nachname m

fa·mi·lie·graf <familie|graven> [familiɣrɑf] N nt

familiegraf

Familiengrab nt

familiegraf

Familiengruft f

fa·mi·lie·kring <familiekring|en> [familikrɪŋ] N m

familiekring

Familienkreis m

mis·ver·stand <misverstand|en> [mɪsfərstɑnt] N nt

misverstand

Missverständnis nt

een misverstand uit de weg ruimen

ein Missverständnis klären

fa·mi·lie·lid <familie|leden> [famililɪt] N nt

1. familielid (lid van een gezin):

familielid

Familienmitglied nt

familielid

Familienangehörige(r) f(m)

2. familielid (bloedverwant):

familielid

Verwandte(r) f(m)

een ver familielid

ein entfernter [o. weitläufiger] Verwandter

on·ver·stand [ɔnvərstɑnt] N nt geen pl (domheid, dwaasheid)

onverstand

Unverstand m

onverstand

Unvernunft f

wa·ter·stand <waterstand|en> [watərstɑnt] N m

waterstand

Wasserstand m

waterstand

Pegelstand m

de rivier heeft een hoge waterstand

der Fluss führt Hochwasser

lage/hoge waterstand

Niedrig-/Hochwasser nt

ach·ter·stand [ɑxtərstɑnt] N m geen pl

achterstand

Rückstand m

de achterstand in de contributiebetaling

der Beitragsrückstand

een achterstand oplopen

in Rückstand geraten