Dutch » German

Translations for „natrekken“ in the Dutch » German Dictionary (Go to German » Dutch)

na·trek·ken1 <trok na, h. nagetrokken> [natrɛkə(n)] VB trans

1. natrekken (overtrekken):

natrekken
een tekening natrekken

2. natrekken (controleren):

natrekken
nachgehen +dat
een zaak natrekken

na·trek·ken2 <trok na, i. nagetrokken> [natrɛkə(n)] VB intr (achternareizen)

natrekken
nachfahren +dat

Usage examples with natrekken

een tekening natrekken
een zaak natrekken

Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski