Dutch » German

Translations for „opbeuren“ in the Dutch » German Dictionary (Go to German » Dutch)

op·beu·ren1 <beurde op, h. opgebeurd> [ɔbørə(n)] VB trans

1. opbeuren (optillen):

opbeuren
het hoofd opbeuren fig

2. opbeuren (opvrolijken):

opbeuren
opbeuren
dat goede nieuws zal hem opbeuren

op·beu·ren2 <beurde op, h. opgebeurd> [ɔbørə(n)] VB intr

Usage examples with opbeuren

het hoofd opbeuren fig

Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski