Translations for „polderwater“ in the Dutch » German Dictionary

(Go to German » Dutch)

con·dens·wa·ter N nt

condenswater → condensatiewater

See also condensatiewater

con·den·sa·tie·wa·ter [kɔndɛnza(t)siwatər] N nt geen pl

condensatiewater

Kondenswasser nt

pol·der·land <polderland|en> [pɔldərlɑnt] N nt

polderland

Marschland nt

koel·wa·ter [kulwatər] N nt geen pl

koelwater

Kühlwasser nt

bleek·wa·ter [blekwatər] N nt geen pl

bleekwater

Chlorwasser nt

bleekwater

Bleichwasser nt

vaar·wa·ter <vaarwater|s, vaarwater|en> [varwatər] N nt

vaarwater

Fahrwasser nt

in iems vaarwater komen fig

in jds Fahrwasser acc geraten

blijf uit mijn vaarwater! fig

komm mir nicht in die Quere!

ver·wa·terd [vərwatərt] ADJ ook fig

verwaterd

verwässert

een verwaterd christendom

ein verwässertes Christentum

zee·wa·ter [zewatər] N nt geen pl

zeewater

Meerwasser nt

hoog·wa·ter [hoxwatər] N nt geen pl

1. hoogwater (ogenblik dat de vloed op zijn hoogst is):

hoogwater

Hochflut f

2. hoogwater (hoge waterstand):

hoogwater

Hochwasser nt

3. hoogwater (hevige aandrang tot urineren):

hoogwater

Druck m auf der Blase

laag·wa·ter [laxwatər] N nt geen pl

laagwater

Niedrigwasser nt

grond·wa·ter [ɣrɔntwatər] N nt geen pl

grondwater

Grundwasser nt

sloot·wa·ter [slotwatər] N nt geen pl

1. slootwater (water uit een sloot):

slootwater

trübe(s) Wasser nt

slootwater

Wasser nt aus einem Graben

2. slootwater fig:

slootwater

Brühe f

bin·nen·wa·ter <binnenwater|en> [bɪnə(n)watər] N nt

binnenwater

Binnengewässer nt

pol·der·ge·maal <polder|gemalen> [pɔldərɣəmal] N nt

poldergemaal

Polderschöpfwerk nt

lei·ding·wa·ter [lɛidɪŋwatər] N nt geen pl

leidingwater

Leitungswasser nt