Translations for „knoop“ in the Dutch » German Dictionary

knoop <knopen> [knop] N m

1. knoop (kleding):

knoop

Knopf m

een knoop aanzetten

einen Knopf annähen

2. knoop (dichtgetrokken lus):

knoop

Knoten m

de knoop doorhakken fig

eine Entscheidung treffen

een gordiaanse knoop fig

ein gordischer Knoten

in de knoop zitten fig

in der Patsche [o. Klemme] sitzen

het touw is [o. zit] in de knoop

das Tau [o. Seil] hat sich verknotet

een knoop leggen [o. maken ]

einen Knoten machen

een knoop losmaken [o. ontwarren]

einen Knoten lösen

hier zit 'm de knoop fig

da sitzt der Haken

3. knoop scheepv.:

knoop

Knoten m

het schip liep negen knopen

das Schiff fuhr [o. machte] neun Knoten

4. knoop (knobbel aan een stengel):

knoop

Knoten m

knoop

Verdickung f

knoop

Gelenk nt

Usage examples with knoop

deze knoop houdt niet

dieser Knopf hält nicht

in de knoop zitten fig

in der Patsche [o. Klemme] sitzen

een knoop losmaken [o. ontwarren]

einen Knoten lösen

een losse knoop

ein loser Knopf

de knoop ontwarren fig

den Knoten entwirren

een knoop aanhalen

einen Knoten anziehen

een knoop aanzetten

einen Knopf annähen

de knoop doorhakken fig

eine Entscheidung treffen

een gordiaanse knoop fig

ein gordischer Knoten

een knoop leggen [o. maken ]

einen Knoten machen

m'n knoop is er af

mein Knopf ist ab

hier zit 'm de knoop fig

da sitzt der Haken

een gevangene/een knoop loskrijgen

einen Gefangenen freibekommen/einen Knoten aufbekommen

hij is van de blauwe knoop

er ist Abstinenzler

knoop dat maar in je oren fig

schreib dir das mal hinter die Ohren

het touw is [o. zit] in de knoop

das Tau [o. Seil] hat sich verknotet

er is een knoop van mijn vest gesprongen

mir ist ein Knopf von der Weste abgerissen