Translations for „levensbehoefte“ in the Dutch » German Dictionary

(Go to German » Dutch)

le·vens·be·schou·wing <levensbeschouwing|en> [levənzbəsxɑuwɪŋ] N f

levensbeschouwing

Einstellung f zum Leben

levensbeschouwing ((politieke) ideologie)

Weltanschauung f

be·hoef·te <behoefte|n, behoefte|s> [bəhuftə] N f

1. behoefte (gemis):

behoefte

Bedarf m

behoefte

Bedürfnis nt

behoefte

Verlangen nt

behoefte hebben aan rust

ein Bedürfnis nach Ruhe haben

grote behoefte aan verbandmiddelen

ein großer Bedarf an Verband(s)material

2. behoefte (ontlasting):

behoefte

Notdurft f

zijn behoefte doen

seine Notdurft verrichten

3. behoefte (benodigdheden):

behoefte

Bedarf

behoefte

Bedürfnis meist pl

de dagelijkse behoefte

der Tagesbedarf

le·vens·be·lang <levensbelang|en> [levənzbəlɑŋ] N nt

1. levensbelang (noodzakelijk voor het leven):

levensbelang

Lebensnotwendigkeit f

2. levensbelang (noodzakelijk voor het voortbestaan van iets):

levensbelang

lebenswichtige(s) Interesse nt

een kwestie van levensbelang

eine Überlebensfrage

een kwestie van levensbelang

eine Existenzfrage

van levensbelang

lebenswichtig

le·vens·boom <levens|bomen> [levə(n)zbom] N m

levensboom

Lebensbaum m

le·vens·moe [levənsmu] ADJ

levensmoe

lebensmüde

levensmoe (sterker)

lebensüberdrüssig

le·vens·doel <levensdoel|en> [levə(n)zdul] N nt

levensdoel

Lebensziel nt

levensdoel

Lebenszweck m

le·vens·echt [levənsɛxt] ADJ

levensecht

lebensecht

le·vens·ge·zel <levensgezel|len> [levənsxəzɛl] N m

levensgezel

Lebensgefährte m