Translations for „lotgenote“ in the Dutch » German Dictionary

lot·ge·noot <lotge|noten> [lɔtxənot] N m

lotgenoot

Schicksalsgenosse m

lotgenoot

Leidensgenosse m

lotgenoot

Schicksalsgefährte m

soort·ge·no·te N f

soortgenote feminine form of soortgenoot

See also soortgenoot

soort·ge·noot <soortge|noten> [sortxənot] N m

soortgenoot

Artgenosse m

ambt·ge·no·te N f

ambtgenote feminine form of ambtgenoot

See also ambtgenoot

ambt·ge·noot <ambtge|noten> [ɑmtxənot] N m

ambtgenoot

Amtskollege m

ambtgenoot (m.b.t. de kerk)

Amtsbruder m

klas·ge·no·te <klasgenote|s, klasgenote|n> [klɑsxənotə] N f

klasgenote feminine form of klasgenoot

See also klasgenoot

klas·ge·noot <klasge|noten> [klɑsxənot] N m

klasgenoot

Klassenkamerad m

land·ge·no·te [lɑntxənotə]

landgenote feminine form of landgenoot

See also landgenoot

land·ge·noot <landge|noten> [lɑntxənot] N m

landgenoot

Landsmann m

echtgenote N

User Entry

echtgenote f

Gemahlin f liter

echtgenote f

Gattin f form

echtgenote f

Frau f inf