Translations for „vriendelijk“ in the Dutch » German Dictionary

vrien·de·lijk <vriendelijke, vriendelijker, vriendelijkst> [vrindələk] ADJ

1. vriendelijk:

vriendelijk (innemend, hartelijk)

freundlich

vriendelijk (sterker)

liebenswürdig

vriendelijk (sterker)

verbindlich form

vriendelijk bedankt!

vielen Dank!

dat is erg vriendelijk van u

das ist sehr freundlich von Ihnen

met vriendelijke dank

mit verbindlichem Dank

met vriendelijke groet

mit freundlichem Gruß

op de vriendelijke toer inf

auf die sanfte Tour

mag ik u vriendelijk verzoeken dat voortaan te laten? iron

darf ich Sie bitten, das künftig zu unterlassen?

hij was heel vriendelijk tegen haar

er war sehr freundlich zu ihr

zou u zo vriendelijk willen zijn om …

würden Sie so freundlich sein, …

2. vriendelijk (aangenaam):

vriendelijk

freundlich

het zonnetje schijnt vriendelijk

die Sonne scheint angenehm

Usage examples with vriendelijk

vriendelijk bedankt!

vielen Dank!

gewild vriendelijk

gewollt freundlich

allesbehalve vriendelijk

alles andere als freundlich

vriendelijk jegens mensen zijn

freundlich zu Menschen sein

het zonnetje schijnt vriendelijk

die Sonne scheint angenehm

vriendelijk tegen iem zijn

freundlich zu jdm sein

iem vriendelijk toespreken

jdm freundlich zureden

dat is erg vriendelijk van u

das ist sehr freundlich von Ihnen

hij was heel vriendelijk tegen haar

er war sehr freundlich zu ihr

zou u zo vriendelijk willen zijn …

seien Sie so freundlich, …

zij forceerde zich tot een vriendelijk antwoord

sie quälte sich eine freundliche Antwort ab

zou u zo vriendelijk willen zijn om …

würden Sie so freundlich sein, …

mag ik u vriendelijk verzoeken dat voortaan te laten? iron

darf ich Sie bitten, das künftig zu unterlassen?