Translations for „amalgameren“ in the German » Dutch Dictionary

(Go to Dutch » German)

Amal·ˈgam <Amalgams, Amalgame> [amalˈgaːm] N nt

Amalgam

amalgaam

Amalgam

mengsel nt

Amalgam

mengeling

am·ˈtie·ren [amˈtiːrən] VB intr

1. amtieren (ein Amt innehaben):

amtieren

een ambt uitoefenen [o. bekleden] [o. vervullen]

amtieren

in functie zijn

als Direktor amtieren

het ambt van directeur uitoefenen

2. amtieren (fungieren):

amtieren

een ambt waarnemen

amtieren

fungeren

der amtierende Ministerpräsident

de waarnemende minister-president [o. eerste minister]

dra·ma·ti·ˈsie·ren [dramatiˈziːrən] VB trans

1. dramatisieren LIT:

dramatisieren

dramatiseren

2. dramatisieren fig (übertreiben):

dramatisieren

dramatiseren

dramatisieren

sterk overdrijven

seine Krankheiten dramatisieren

dramatisch doen over z'n ziekten

for·ma·li·ˈsie·ren [fɔrmaliˈziːrən] VB trans

formalisieren

formaliseren

nor·ma·li·ˈsie·ren¹ [nɔrmaliˈziːrən] VB trans

normalisieren

normaliseren

mal·trä·ˈtie·ren [maltrɛˈtiːrən] VB trans liter

malträtieren

maltraiteren

malträtieren

mishandelen

de·zi·ma·li·ˈsie·ren [de͜tsimaliˈziːrən] VB trans

dezimalisieren

in het tientallig stelsel brengen