Translations for „schuhschachtel“ in the German » Dutch Dictionary

ˈPapp·schach·tel N f

Pappschachtel

kartonnen doos(je)

ˈaus·schach·ten VB trans

1. ausschachten:

ausschachten

(uit)graven

eine Baugrube ausschachten

een bouwput graven [o. aanleggen]

2. ausschachten:

ausschachten

afgraven

ˈSchach·tel <Schachtel, Schachteln> [ˈʃaxtl̩] N f

1. Schachtel:

Schachtel

doos(je)

zwei Schachteln (Zigaretten) am Tag rauchen

twee pakjes (sigaretten) per dag roken

2. Schachtel FIN (Schachtelbeteiligung):

Schachtel

aandelenpakket nt (van ten minste 25 procent)

alte Schachtel inf pej

oud wijf

alte Schachtel inf pej

ouwe taart [o. tante]

ˈschach·teln [ˈʃaxtl̩n] VB trans

schachteln

in [o. over] elkaar schuiven

schachteln

ineenvoegen ook fig.

ver·ˈschach·telt [fɛɐ̯ˈʃaxtl̩t] ADJ

1. verschachtelt (konstruiert):

verschachtelt

in elkaar geschoven

ein kunstvoll verschachtelter Satz

een kunstig geconstrueerde zin [o. periode]

2. verschachtelt fig (kompliziert):

verschachtelt

gecompliceerd

ˈSchuh·ma·cher(in) N m(f)

Schuhmacher(in)

schoenmaker(schoenmaakster) m (f)

ˈStreich·holz·schach·tel N f

Streichholzschachtel

lucifersdoosje nt

Monolingual examples (not verified by PONS Editors)

German

Eine Schuhschachtel wird heute überwiegend aus kaschierter oder bedruckter Hartpappe hergestellt und daher oft als Schuhkarton bezeichnet.

de.wikipedia.org

Die Schuhschachtel (auch: Schuhkarton) ist eine für Schuhe, Stiefel oder andere formstabile Fußbekleidung verwendete Transport- und Verkaufsverpackung, die auch als Aufbewahrungsbehälter für das Schuhwerk benutzt werden kann.

de.wikipedia.org