Translations for „verspundet“ in the German » Dutch Dictionary

ver·ˈspannt ADJ

verspannt

stijf

verspannt

gespannen

verspannt

verkrampt

ver·ˈspon·nen [-ˈʃpɔnən] ADJ

versponnen

zonderling

versponnen

wonderlijk

ver·ˈsan·den [fɛɐ̯ˈzandn̩] VB intr

1. versanden:

versanden

verzanden

2. versanden fig:

versanden

verzanden

versanden

vastlopen

versanden

doodlopen

ver·ˈsen·den VB trans irreg

versenden

verzenden

versenden

versturen

ver·ˈspü·ren VB trans

verspüren

(be)speuren

verspüren

(ge)voelen

verspüren

(be)merken

Angst verspüren

een angstig gevoel hebben

ver·ˈspä·ten [fɛɐ̯ˈʃpɛːtn̩] VB refl

verspäten

zich verlaten

verspäten

vertraging hebben

ver·ˈspielt [fɛɐ̯ˈʃpiːlt] ADJ

verspielt

speels

ver·ˈsper·ren¹ VB trans

versperren

versperren

versperren

barricaderen

versperren

belemmeren

ver·ˈspot·ten VB trans

verspotten

bespotten

verspotten

de spot drijven met

verspotten

belachelijk [o. bespottelijk] maken

ver·ˈsprü·hen¹ VB intr

versprühen

wegspatten

versprühen

wegspetteren

ver·ˈspei·sen VB trans liter

verspeisen

opeten

ver·ˈspie·len¹ VB intr (eine Niederlage erleiden)

verspielen

een nederlaag lijden

verspielen

verliezen

bei jdm verspielt haben

het bij iem verbruid [o. verkorven] hebben

ver·ˈspre·chen¹ VB trans irreg

1. versprechen (zusagen):

versprechen

beloven

versprechen

toezeggen

hoch und heilig versprechen

plechtig beloven

2. versprechen (mit etw rechnen):

versprechen

beloven

versprechen

doen verwachten

3. versprechen (etw erwarten (von)):

versprechen

verwachten (van)

was versprichst du dir davon?

wat stel je je ervan voor?

Versprechen und Halten ist zweierlei prov

zeggen en doen zijn twee

wer viel verspricht, hält wenig prov

in 't land van belofte sterft men van armoede

wer viel verspricht, hält wenig prov

hij geeft met de mond, maar de handen houden het vast

ver·ˈsprit·zen VB trans

1. verspritzen:

verspritzen

(ver)spuiten

verspritzen

verstuiven

verspritzen

versproeien

2. verspritzen:

verspritzen

verspuiten

verspritzen

spuitend gebruiken

3. verspritzen:

verspritzen

volspatten

voll·ˈen·det [fɔlˈʔɛndət, fɔˈlɛ-] ADJ

vollendet

volmaakt

vollendet

perfect

ein vollendeter Schurke inf

een enorme schurk

ver·spe·ku·ˈlie·ren² VB refl

1. verspekulieren:

verspekulieren

verliezen bij het speculeren

2. verspekulieren fig:

verspekulieren

zich misrekenen