Translations for „situatie“ in the Dutch » German Dictionary

si·tu·a·tie <situatie|s, situa|tiën> [sitywa(t)si] N f

1. situatie (positie):

situatie

Lage f

situatie

Situation f

zich in een gevaarlijke situatie bevinden

sich in einer gefährlichen Situation [o. Lage] befinden

zich in iems situatie verplaatsen

sich in jds Lage [o. Situation] acc versetzen

een precaire situatie

eine heikle [o. brenzlige] Situation

2. situatie:

situatie (toestand)

Lage f

situatie (toestand)

Situation f

situatie (omstandigheden)

Verhältnisse pl

de economische situatie

die Wirtschaftslage

afhankelijk van de situatie

situationsbedingt

3. situatie (ligging):

situatie

Lage f

de situatie schetsen

die Lage skizzieren

Usage examples with situatie

de situatie is onduidelijk

die Situation ist unklar

een moeilijke situatie oplossen

eine schwierige Situation klären [o. bewältigen]

afhankelijk van de situatie

situationsbedingt

bespreking van de situatie

Lagebesprechung f

een rotte situatie

eine beknackte Situation inf

een situatie verkennen fig

eine Situation sondieren

de conjuncturele maatregelen/situatie

die Konjunkturmaßnahmen /-lage

een onwerkbare situatie

eine unmögliche Situation

een precaire situatie

eine heikle Lage

de economische situatie

die Wirtschaftslage

de situatie schetsen

die Lage skizzieren

een onaangename situatie

eine unangenehme Lage

de situatie is geleidelijk verbeterd

die Lage hat sich allmählich gebessert

zich in iems situatie verplaatsen

sich in jds Lage [o. Situation] acc versetzen

met een situatie verlegen zijn (geen raad ergens mee wetend)

nicht wissen, wie man sich in einer Situation verhalten soll

zich in haar situatie indenken

sich in ihre Lage hineinversetzen [o. hineindenken]

de ernst van de situatie beseffen

den Ernst der Lage erkennen

iets op een andere situatie toepassen

etw auf eine andere Situation übertragen