Translations for „beroepsuitoefening“ in the Dutch » German Dictionary

(Go to German » Dutch)

uit·oe·fe·ning [œytufənɪŋ] N f geen pl

uitoefening

Ausübung f

bij de uitoefening van zijn plicht

in Ausübung seiner Pflicht

be·roeps·op·lei·ding <beroepsopleiding|en> [bərupsɔplɛidɪŋ] N f

beroepsopleiding

Berufsausbildung f

beroepsopleiding

berufliche Ausbildung f

be·roeps·ge·heim <beroepsgeheim|en> [bərupsxəhɛim] N nt

beroepsgeheim

Berufsgeheimnis nt

beroepsgeheim

Schweigepflicht f

be·oe·fe·ning <beoefening|en> [bəufənɪŋ] N f

beoefening SPORTS

Treiben nt

beoefening ART

Pflege f form

beoefening ART

Betätigung f

her·ha·lings·oe·fe·ning <herhalingsoefening|en> [hɛrhalɪŋsufənɪŋ] N f

herhalingsoefening gesch.

Reserveübung f

herhalingsoefening (lesstof)

Wiederholungsübung f

be·roeps·spe·ler <beroepsspeler|s> [bərupspelər] N m

beroepsspeler

Berufsspieler m

beroepsspeler

Berufssportler m

beroepsspeler

Profi m

uit·oe·fe·nen <oefende uit, h. uitgeoefend> [œytufənə(n)] VB trans

1. uitoefenen:

uitoefenen (bedrijven)

ausüben

uitoefenen (ambacht)

betreiben

een beroep uitoefenen

einem Beruf nachgehen

toezicht op iets uitoefenen

etw beaufsichtigen

2. uitoefenen:

uitoefenen (laten gelden)

ausüben

uitoefenen (kritiek)

üben an +dat

invloed uitoefenen op iets/iem

etw/jdn beeinflussen

een recht uitoefenen form

von seinem Recht Gebrauch machen

een recht uitoefenen form

sein Recht geltend machen

be·re·ke·ning <berekening|en> [bərekənɪŋ] N f

1. berekening (becijfering):

berekening

Rechnung f

berekening

Berechnung f

berekening

Errechnung f

berekeningen uitvoeren

Berechnungen anstellen

2. berekening (cijfers):

berekening

Ergebnis nt

berekening

Rechenergebnis nt

3. berekening (overweging van voor- en nadeel):

berekening

Berechnung f

berekening

Abwägung f form

berekening

Kalkül nt

naar menselijke berekening

nach menschlichem Ermessen

ver·ef·fe·ning <vereffening|en> [vərɛfənɪŋ] N f

vereffening (betaling)

Begleichung f

vereffening (bijlegging)

Beilegung f