Dutch » German

Translations for „onderhouden“ in the Dutch » German Dictionary (Go to German » Dutch)

on·der·ˈhou·den1 <onderhield zich, h. zich onderhouden> [ɔndərhɑudə(n)] VB wk ww

onderhouden zich onderhouden (spreken):

onderhouden

on·der·ˈhou·den2 <onderhield, h. onderhouden> [ɔndərhɑudə(n)] VB trans

1. onderhouden (iets onder het oog brengen):

onderhouden
iem over iets onderhouden

2. onderhouden (laten voortduren):

onderhouden
een contact onderhouden
een vuur onderhouden

3. onderhouden:

onderhouden (in stand houden)
onderhouden (in stand houden)
onderhouden (tuin)
onderhouden (machine)
een oud huis onderhouden
zijn spullen onderhouden

4. onderhouden (verzorgen):

onderhouden
onderhouden
onderhouden
een gezin onderhouden

5. onderhouden (aangenaam bezighouden):

onderhouden
onderhouden

Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski