Dutch » German

Translations for „slieren“ in the Dutch » German Dictionary (Go to German » Dutch)

slie·ren1 <slierde, i. geslierd> [slirə(n)] VB intr

1. slieren (glijden op het ijs):

slieren

2. slieren (uit-, weg-, doorglijden):

slieren
slieren

3. slieren (doelloos rondlopen):

slieren
door de straten slieren

4. slieren (onbedoeld over de grond slepen):

slieren

5. slieren (verspreid liggen):

slieren
slieren
slieren
zijn boeken slieren overal

7. slieren (in een slier schaatsen):

slieren

slie·ren2 <slierde, h. geslierd> [slirə(n)] VB trans (sleuren)

slieren

Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski