Translations for „twijfel“ in the Dutch » German Dictionary

twij·fel <twijfel|s> [twɛifəl] N m

1. twijfel (onzekerheid):

twijfel

Zweifel m

buiten twijfel

zweifelsohne

zonder twijfel

zweifellos

in geval van twijfel

im Zweifelsfall

er is twijfel gerezen omtrent

es sind Zweifel aufgekommen in Bezug auf +acc

(geen) twijfel lijden

außer Zweifel stehen

iem het voordeel van de twijfel geven

im Zweifelsfall zu jds Gunsten entscheiden

2. twijfel (scepsis):

twijfel

Zweifel m

twijfel

Bedenken nt

boven (alle) twijfel verheven zijn

über jeden [o. allen] Zweifel erhaben sein

gerechtvaardigde twijfel

berechtigte(r) Zweifel m

iets in twijfel trekken

etw anzweifeln [o. bezweifeln]

hij heeft zo zijn twijfels ...

er hat da so seine Zweifel ...

Usage examples with twijfel

buiten twijfel

zweifelsohne

zonder twijfel

zweifellos

ongerechtvaardigde twijfel

unberechtigte(r) Zweifel pl

gerechtvaardigde twijfel

berechtigte(r) Zweifel m

een geval van twijfel

ein Zweifelsfall

er rees twijfel op

Zweifel erwachte(n)

boven iedere twijfel verheven

über jeden Zweifel erhaben

in geval van twijfel

im Zweifelsfall

iets in twijfel trekken

etw anzweifeln [o. bezweifeln]

twijfel verscheurde hem fig

er wurde vom Zweifel zerrissen

geen twijfel overlaten

keinen Zweifel übrig lassen

(geen) twijfel lijden

außer Zweifel stehen

twijfel doen rijzen fig

Zweifel aufkommen lassen

argwaan/twijfel koesteren

Argwohn/Zweifel hegen

buiten twijfel [o. kijf ]

zweifellos

er is hoegenaamd geen twijfel

es besteht durchaus kein Zweifel

er is twijfel gerezen omtrent

es sind Zweifel aufgekommen in Bezug auf +acc