Translations for „verkeersweg“ in the German » Dutch Dictionary

(Go to Dutch » German)

ver·ˈkehrs·frei ADJ

verkehrsfrei

vrij van verkeer

verkehrsfrei

alleen voor voetgangers

ver·ˈkehrs·wid·rig ADJ

verkehrswidrig

in strijd met de verkeersvoorschriften

ver·ˈkeh·ren² [fɛɐ̯ˈkeːrən] VB trans (Umgang pflegen)

verkehren

verkeren

ver·ˈkehrs·reich ADJ

verkehrsreich

druk

Ver·ˈkehrs·netz N nt

Verkehrsnetz

verkeersnet nt

Verkehrsnetz

net nt van verkeerswegen

Ver·ˈkehrs·la·ge N f

1. Verkehrslage (Verkehrssituation):

Verkehrslage

verkeerssituatie

2. Verkehrslage (eines Gebäudes, Platzes):

Verkehrslage

bereikbaarheid voor het verkeer nt

ver·ˈkehrs·be·ru·higt ADJ

verkehrsberuhigt

autoluw

verkehrsberuhigt

verkeersluw

ver·ˈkehrt [fɛɐ̯ˈkeːɐ̯t] ADJ (falsch)

verkehrt

verkeerd

verkehrt

fout(ief)

verkehrt

averechts

zwei glatt, zwei verkehrt stricken

twee rechts, twee averechts breien

ver·ˈkei·len¹ [fɛɐ̯ˈk͜ailən] VB trans (befestigen)

verkeilen

met een wig [o. keg] vastzetten

die Eingänge waren verkeilt

de toegangen waren verstopt (door de vele mensen)

ver·ˈket·ten [fɛɐ̯ˈkɛtn̩] VB trans

1. verketten (verschließen):

verketten

met een ketting [o. kettingen] vastmaken [o. bevestigen]

2. verketten fig (verbinden):

verketten

verbinden

ver·ˈken·nen [fɛɐ̯ˈkɛnən] VB trans irreg (falsch einschätzen)

verkennen

miskennen

ein verkanntes Genie hum

een miskend genie

ich will nicht verkennen, dass …

ik kan niet ontkennen, dat …

Ver·ˈkehrs·amt N nt

Verkehrsamt

bureau nt voor vreemdelingenverkeer nt

Verkehrsamt

VVV-kantoor nt