Dutch » German

Translations for „begin“ in the Dutch » German Dictionary (Go to German » Dutch)

be·gin [bəɣɪn] N nt geen pl

1. begin (allereerste deel, tijd):

begin
Anfang m
begin
Beginn m
aan het begin
aan het begin
dat is het begin van het einde
in het begin
het begin is er
van het begin af
begin volgend jaar
alle begin is moeilijk prov
een goed begin is het halve werk prov
een goed begin is het halve werk prov

2. begin (oorsprong):

begin
Anfang m
begin
Beginn m
begin
Anbeginn m form

Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski