Dutch » German
You are viewing results spelled similarly: vastbinden , ontbinding , aanbinden and ontbinden

ont·bin·ding <ontbinding|en> [ɔndbɪndɪŋ] N f

2. ontbinding:

vast·bin·den <bond vast, h. vastgebonden> [vɑstbɪndə(n)] VB trans

aan·bin·den <bond aan, h. aangebonden> [ambɪndə(n)] VB trans

1. aanbinden (vastmaken):


Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski