Dutch » German

Translations for „slot“ in the Dutch » German Dictionary (Go to German » Dutch)

slot <slot|en> [slɔt] N nt

2. slot (einde):

slot
Schluss m
slot
Ende nt
het slot van een brief
der Briefschluss
ten slotte
schließlich
tot slot
zum Schluss

3. slot (burcht):

slot
Burg f
het slot Loevestein
die Burg Loevestein

4. slot (saldo):

slot
Saldo m
slot
Ergebnis nt
het batig slot
≈ der Gewinn
het nadelig slot
≈ der Verlust
per slot van rekening fig
letzten Endes
per slot van rekening fig
schließlich
het is per slot van rekening maar een kind! fig
er ist schließlich nur ein Kind!

5. slot econ.:

slot
Börsenschluss m
slot
Tagesschluss m

Usage examples with slot

op slot
verschlossen
tot slot
zum Schluss
iets achter slot houden
etw unter Verschluss halten
per slot van rekening fig
letzten Endes
in het slot springen
zuschnappen
aan een slot knoeien
an einem Schloss herummurksen
het slot Loevestein
die Burg Loevestein
het batig slot
≈ der Gewinn
het nadelig slot
≈ der Verlust
het batig slot/saldo
das Plus/der Überschuss
het voorvaderlijk slot
das Schloss der Vorfahren [o. Ahnen]
een slot forceren
ein Schloss aufbrechen
het slot van een deur
das Schloss einer Tür
een fiets op slot zetten
ein Fahrrad abschließen
het slot van een brief
der Briefschluss
een deur op slot doen
eine Tür abschließen [o. verschließen]
het slot gaf een klik
das Schloss schnappte
een deur van het slot doen
eine Tür aufschließen
de deur in het slot trekken
die Tür ins Schloss ziehen

Browse the dictionary

Dutch

Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski
Browse the dictionaries
Most popular