German » Dutch

Translations for „bijzaken“ in the German » Dutch Dictionary

(Go to Dutch » German)

Show summary of all matches

You are viewing results spelled similarly: biken , einhaken , Kinnhaken , blöken , backen , abhaken , quaken , Laken , Haken and Widerhaken

ˈein·ha·ken¹ VB intr

1. einhaken:

een aanknopingspunt geven [o. bieden]

2. einhaken inf:

ˈbi·ken [ˈb͜aikn̩] VB intr SPORTS

biken inf

biken inf

ˈKinn·ha·ken N m SPORTS

Kinnhaken (beim Boxen)

hoekslag op de kin

ˈWi·der·ha·ken N m

ˈHa·ken <Hakens, Haken> [ˈhaːkn̩] N m

1. Haken (gebogene Halterung):

haak

duim

kram

2. Haken inf (hakenförmiges Zeichen):

vinkje nt

3. Haken inf fig (hindernde Schwierigkeit):

(verborgen) moeilijkheid

bezwaar nt

die Sache hat einen Haken

er schuilt nog een adder onder 't gras

mit Haken und Ösen SPORTS

met alle geoorloofde en ongeoorloofde middelen

4. Haken SPORTS (beim Boxen):

einen Haken schlagen

een plotselinge zijsprong maken

ˈLa·ken <Lakens, Laken> [ˈlaːkn̩] N nt

laken nt

badlaken nt

ˈqua·ken [ˈkvaːkn̩] VB intr inf

kwak(k)en

quaken (gackern, glucken)

ˈab·ha·ken VB trans

1. abhaken (abbrechen, aufgeben):

2. abhaken (mit einem Häkchen markieren):

eine Liste abhaken

een lijst afvinken

das Problem war schnell abgehakt

het probleem was vlug afgehandeld

ˈba·cken <bäckt, backte, gebacken> [ˈbakn̩] VB trans

1. backen:

2. backen (braten):

3. backen (dünsten):

4. backen (dörren):

ˈblö·ken [ˈbløːkn̩] VB intr

blöken (Schaf)

blöken (Rind)

Browse the dictionary

German

Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski