Dutch » German

Translations for „knopen“ in the Dutch » German Dictionary (Go to German » Dutch)

kno·pen <knoopte, h. geknoopt> [knopə(n)] VB trans

1. knopen (vastmaken, een knoop leggen in):

knopen
knopen
een band om de arm knopen
een das knopen

2. knopen (vervaardigen door knopen te leggen):

knopen
een net knopen

3. knopen (sluiten):

knopen

Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski