Dutch » German

Translations for „manier“ in the Dutch » German Dictionary

(Go to German » Dutch)

ma·nier <manier|en> [manir] N f

1. manier (wijze van doen, handelen):

manier
Art f
manier
Weise f
manier
Art und Weise kein pl
dat is geen manier (van doen)
das gehört sich nicht
hun manier van leven
ihr Lebensstil
op deze manier
auf diese Weise
op een of andere manier
irgendwie
op een elegante manier van iem afkomen
jdn auf elegante Weise loswerden
iems manier van …
jds Art … + infin
de manier waarop ...
die Art und Weise, wie ...

2. manier (gewoonte):

manier
Manier f
manier
Art f
manier
Gewohnheit f
dat is hier zo de manier
das ist hier so üblich
German » Dutch

Translations for „manier“ in the German » Dutch Dictionary

(Go to Dutch » German)

Ma·ˈnier <Manier, Manieren> [maˈniːɐ̯] N f

1. Manier liter (Art und Weise):

Manier
manier
Manier
wijze
in bewährter Manier
op de beproefde wijze

3. Manier pej (Gekünsteltheit):

Manier
maniertje
Manier
gekunsteldheid
Manier
gemaaktheid

Usage examples with manier

de manier van spreken
der Redestil
oh, op zo'n manier
ah, so meinst du
hun manier van leven
ihr Lebensstil
de manier waarop ...
die Art und Weise, wie ...
iems manier van …
jds Art … + infin
op die manier
auf diese Weise
op deze manier
auf diese Weise
op dezelfde manier [o. wijze ]
in derselben Art und Weise
de manier waarop hij werkt
die Art und Weise, wie er arbeitet
op een of andere manier
irgendwie
zijn luchtige manier van doen
seine lässige Art
een luchtige manier van praten
eine lockere Art zu reden
dat is geen manier (van doen)
das gehört sich nicht
dat is hier zo de manier
das ist hier so üblich
op die manier kun je wel inpakken!
da kannst du wohl einpacken!
een mooie manier (van doen) is dat!
schöne Manieren sind das!
op de beproefde wijze
in bewährter Manier
een schilderij in de stijl van Rembrandt
ein Gemälde in der Manier Rembrandts

Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski
Browse the dictionaries
Most popular