Dutch » German

rol·len1 <rolde, h./i. gerold> [rɔlə(n)] VB trans

1. rollen (rondwentelend voortbewegen):

rollen
een vat over de straat rollen

2. rollen (rondwentelen):

rollen
rollen

3. rollen (oprollen):

rollen
een sigaret rollen

4. rollen (wikkelen):

rollen
rollen
rollen
zich in een deken rollen

5. rollen (met een rol aandrukken):

rollen
rollen
gras rollen

6. rollen (rollend vormen):

rollen
rollen

7. rollen (op behendige wijze stelen):

rollen
klauen inf
rollen
iem rollen

rol·len2 <rolde, h./i. gerold> [rɔlə(n)] VB intr

2. rollen (buitelen):

rollen
rollen

3. rollen (naar beneden tuimelen, vallen):

rollen
van de stoel rollen
uit het zadel rollen

4. rollen (een schip):

rollen

5. rollen (geluiden):

rollen
rollen
rollen
je moet de r goed laten rollen

6. rollen (het gesproken, geschreven woord):

rollen
over [o. van ] de lippen rollen

rock-'n-rol·len [rɔkənrɔlə(n)] VB intr


Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski