Translations for „karottierend“ in the German » Dutch Dictionary

frot·ˈtie·ren [frɔˈtiːrən] VB trans

frottieren

krachtig (af)wrijven

frottieren

frotteren

frottieren

afdrogen

kar·ˈtie·ren [karˈtiːrən] VB trans GEOG

kartieren

karteren

kartieren

in kaart brengen

ka·ri·ˈkie·ren [kariˈkiːrən] VB trans

karikieren

karikaturiseren

kar·to·ˈnie·ren [kartoˈniːrən] VB trans (Handwerk)

kartonieren

kartonneren

kartonieren

in karton binden

wat·ˈtie·ren [vaˈtiːrən] VB trans

wattieren

watteren

wattieren

met watten voeren

frit·ˈtie·ren [friˈtiːrən] VB trans

frittieren

frituren

ko·ket·ˈtie·ren [kokɛˈtiːrən, kɔ-] VB intr liter (liebäugeln, flirten)

kokettieren

koketteren ook fig.

mit dem Gedanken kokettieren

met de gedachte spelen

ra·bat·ˈtie·ren [rabaˈtiːrən] VB trans

rabattieren

korting geven op

ro·ˈtie·ren [roˈtiːrən] VB intr

rotieren

roteren

rotieren (sich aufregen)

zich opwinden

rotieren (sich aufregen)

zich druk maken

kom·pro·mit·ˈtie·ren² [kɔmproˈmɪtiːrən] VB refl

kompromittieren

zich compromitteren

kompromittieren

zichzelf in opspraak brengen

boy·kot·ˈtie·ren [b͜ɔykɔˈtiːrən] VB trans

boykottieren

boycotten

gra·ˈvie·rend [graˈviːrənt] ADJ

1. gravierend (belastend):

gravierend

belastend

gravierend

verzwarend

2. gravierend (ernsthaft):

gravierend

ernstig

gravierend

zwaarwegend

emit·ˈtie·ren [emɪˈtiːrən] VB trans

emittieren ECOL, FIN

emitteren

quit·ˈtie·ren [kvɪˈtiːrən] VB trans

1. quittieren (Empfang bestätigen):

quittieren

voor ontvangst tekenen

quittieren

kwiteren

den Empfang quittieren

voor ontvangst tekenen

über eine Niederlage quittieren müssen fig

een nederlaag moeten incasseren

2. quittieren inf (auf etw reagieren):

quittieren

beantwoorden

quittieren

reageren

eine Bemerkung mit einem Hieb quittieren

een opmerking met een slag [o. houw] beantwoorden

3. quittieren (kündigen):

quittieren ADMIN, MIL

ontslag nemen

den Dienst quittieren

de dienst verlaten

den Dienst quittieren

ontslag uit de dienst nemen

de·bat·ˈtie·ren¹ [debaˈtiːrən] VB intr

debattieren

debatteren

kom·mit·ˈtie·ren [kɔmɪˈtiːrən] VB trans ECON

kommittieren

committeren

schat·ˈtie·ren [ʃaˈtiːrən] VB trans

1. schattieren ART:

schattieren

schaduwen

2. schattieren AGR:

schattieren

beschaduwen

3. schattieren (abtönen):

schattieren

nuanceren

schattieren

schakeren