Translations for „scheurend“ in the Dutch » German Dictionary

scheu·ren¹ <scheurde, i. gescheurd> [sxørə(n)] VB intr

1. scheuren:

scheuren (een scheur krijgen)

reißen

scheuren (sterker)

zerreißen

2. scheuren (hard rijden):

scheuren

rasen

scheuren

sausen

3. scheuren fig:

scheuren

reißen

scheuren (sterker)

zerreißen

een scheurende pijn

ein reißender Schmerz

scheu·ring <scheuring|en> [sxørɪŋ] N f

scheuring

Spaltung f

de scheuring in de partij

die Spaltung der Partei

schep·pend [sxɛpənt] ADJ

scheppend

schaffend

scheppend

schöpferisch

scheppend

kreativ

de scheppende geest

der Schöpfergeist

de scheppende kracht

die schöpferische Kraft

de scheppende kracht

die Schöpferkraft

een scheppend kunstenaar

ein schaffender Künstler

af·scheu·ren <scheurde af, h. afgescheurd> [ɑfsxørə(n)] VB trans

afscheuren

abreißen

in·scheu·ren <scheurde in, h. ingescheurd> [ɪnsxørə(n)] VB trans

inscheuren

einreißen

schert·send [sxɛrtsənt] ADJ

schertsend

scherzhaft

schertsend

scherzend

schertsend

im Scherz

half schertsend

halb im Scherz

af·keu·rend [ɑfkørənt] ADJ

afkeurend

abfällig

een afkeurende blik

ein missbilligender Blick

zich afkeurend over iem/iets uitlaten

sich abfällig über jdn/etw äußern

schen·den <schond, h. geschonden> [sxɛndə(n)] VB trans

1. schenden (schade berokkenen):

schenden

verletzen

de geschonden lichamen van de gevangenen

die verletzten Körper der Gefangenen

2. schenden (onteren):

schenden

schänden form

schenden

entehren form

3. schenden (beschadigen):

schenden

beschädigen

schenden

verunstalten

een geschonden exemplaar

ein beschädigtes [o. schadhaftes] Exemplar

een van de pokken geschonden gezicht

ein blatternarbiges Gesicht

4. schenden (ontwijden):

schenden

schänden

schenden

entweihen

graven schenden

Gräber schänden

5. schenden:

schenden (verbreken)

verletzen

schenden (niet nakomen)

brechen

zijn eed schenden

seinen Eid verletzen [o. brechen]

de mensenrechten schenden

die Menschenrechte verletzen

scheur·ka·len·der <scheurkalender|s> [sxørkalɛndər] N m

scheurkalender

Abreißkalender m

uit·scheu·ren¹ <scheurde uit, i. uitgescheurd> [œytsxørə(n)] VB intr (scheuren)

uitscheuren

ausreißen

ver·scheu·ren <verscheurde, h. verscheurd> [vərsxørə(n)] VB trans

verscheuren

zerreißen

twijfel verscheurde hem fig

er wurde vom Zweifel zerrissen

los·scheu·ren <scheurde los, h. losgescheurd> [lɔsxørə(n)] VB trans

losscheuren

losreißen

scherp·ziend [sxɛrpsint] ADJ

scherpziend

scharfsichtig

scherpziend

scharf blickend

schit·te·rend <schitterende, schitterender, schitterendst> [sxɪtərənt] ADJ

1. schitterend:

schitterend (stralend)

glänzend

schitterend (ogen, sterren, zon, kleuren)

leuchtend

schitterend (ogen, sterren, zon, kleuren)

strahlend

schitterend (glas, edelstenen)

funkelnd

schitterend (sneeuw, water, edelstenen)

glitzernd

een schitterend licht

ein strahlendes Licht

de schitterende sneeuw

der glitzernde Schnee

een schitterende ster

ein funkelnder Stern

2. schitterend (prachtig):

schitterend

blendend

schitterend

glänzend

schitterend

prächtig

schitterend

brillant form

schitterend

famos inf

een schitterend idee

ein glänzender Einfall

een schitterende loopbaan

eine glänzende Laufbahn

schitterende overwinningen

glanzvolle Siege pl

een schitterende prestatie

eine Glanzleistung

een schitterende toekomst

eine blendende Zukunft

de vakantie was schitterend

der Urlaub war herrlich

schitterend van kleur

farbenprächtig

oor·ver·scheu·rend ADJ

oorverscheurend → oorverdovend

See also oorverdovend

oor·ver·do·vend [orvərdovənt] ADJ

oorverdovend

(ohren)betäubend

open·scheu·ren¹ <scheurde open, i. opengescheurd> [opə(n)sxørə(n)] VB intr (opengaan)

openscheuren

aufreißen

openscheuren

aufbrechen

door·scheu·ren¹ <scheurde door, h. doorgescheurd> [dorsxørə(n)] VB trans (stukscheuren)

doorscheuren

durchreißen

doorscheuren

zerreißen

doorscheuren

entzweireißen

schrik·ba·rend¹ [sxrɪɡbarənt] ADJ

schrikbarend

schrecklich

schrikbarend hoge prijzen

schrecklich hohe Preise

een schrikbarend lawaai maken

einen entsetzlichen Lärm machen

schrikbarende ontwikkelingen

beängstigende Entwicklungen pl

hart·ver·scheu·rend [hɑrtfərsxørənt] ADJ

hartverscheurend

herzzerreißend