Translations for „wijzen“ in the Dutch » German Dictionary

wij·zen¹ <wees zich, h. zich gewezen> [wɛizə(n)] VB wk ww

wijzen zich wijzen (blijken):

wijzen

sich zeigen

dat wijst zich vanzelf

das wird sich zeigen

wij·zen² <wees, h. gewezen> [wɛizə(n)] VB trans

1. wijzen (tonen):

wijzen

zeigen

wijzen

weisen

iem (het gat van) de deur wijzen

jdm die Tür weisen

de thermometer wijst 90 graden

das Thermometer zeigt 90 Grad (an)

een verzoek van de hand wijzen fig

eine Bitte ablehnen

iem de weg/het postkantoor wijzen

jdm den Weg/das Postamt zeigen

2. wijzen (duidelijk maken):

wijzen

zeigen

het vonnis over iem wijzen

das Urteil über jdn sprechen

wij·zen³ <wees, h. gewezen> [wɛizə(n)] VB intr

1. wijzen fig:

wijzen (hand uitstrekken)

zeigen

wijzen (minder vaak)

weisen

wijzen (minder vaak)

deuten

wijzen (attent maken)

hinweisen

iem wijzen op iets fig

jdn auf etw hinweisen

op, naar een persoon/in een richting wijzen

auf eine Person/in eine Richtung zeigen

2. wijzen (op een punt gericht zijn):

wijzen

zeigen

wijzen

weisen

3. wijzen (aanduiden):

wijzen

hinweisen

wijzen

(hin)deuten

alles wijst erop dat …

alles deutet [o. weist] darauf hin, dass …

dat wijst op een nieraandoening

das deutet auf eine Nierenerkrankung hin

Usage examples with wijzen

iem wijzen op iets fig

jdn auf etw hinweisen

op zijn voorhoofd wijzen

jdm den [o. einen] Vogel zeigen

ergens specifiek op wijzen

ausdrücklich auf etw acc hinweisen

het vonnis over iem wijzen

das Urteil über jdn sprechen

iem op zijn fouten wijzen

jdn auf seine Fehler hinweisen

een verzoek van de hand wijzen

eine Bitte ablehnen

met de vinger naar iem wijzen

mit dem Finger auf jdn zeigen

iem (het gat van) de deur wijzen

jdm die Tür weisen

iem de weg/het postkantoor wijzen

jdm den Weg/das Postamt zeigen

iem het gat van de deur wijzen fig

jdm zeigen, wo der Zimmermann das Loch gelassen hat inf

op, naar een persoon/in een richting wijzen

auf eine Person/in eine Richtung zeigen

één gek kan meer vragen dan tien wijzen kunnen beantwoorden prov

ein Narr kann mehr fragen, als zehn Kluge beantworten können