Dutch » German

ge·den·ken1 <gedacht, h. gedacht> [ɣədɛŋkə(n)] VB trans

1. gedenken (eraan terugdenken):

(zurück)denken an +acc

2. gedenken (in gedachtenis houden):

gedenken +gen

3. gedenken (nooit vergeten):

af·dan·ken <dankte af, h. afgedankt> [ɑvdɑŋkə(n)] VB trans

1. afdanken form (ontslaan):

2. afdanken (buiten gebruik stellen):

ge·dron·ken VB

gedronken volt. deelw. van drinken²

See also drinken , drinken

drin·ken1 [drɪŋkə(n)] N nt geen pl

ge·do·ken VB

gedoken → duiken

See also duiken

dui·ken <dook, i. gedoken> [dœykə(n)] VB intr

1. duiken (zich onder het water begeven):

2. duiken (zich in iets verbergen):

3. duiken (zich snel naar de grond begeven):

duiken SPORTS

ge·dach·te·nis <gedachtenis|sen> [ɣədɑxtənɪs] N f

2. gedachtenis (voorwerp als aandenken):

ge·daan·te <gedaante|n, gedaante|s> [ɣədantə] N f

2. gedaante (verschijning, beeld):

ge·da·teerd [ɣədatert] ADJ

ge·daan1 [ɣədan] ADJ

3. gedaan econ.:


Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski