Dutch » German

Translations for „rede“ in the Dutch » German Dictionary

(Go to German » Dutch)

re·de <rede|s> [redə] N f

1. rede (denkvermogen; begrips- en onderscheidingsvermogen):

rede
met rede
theoretische [o. zuivere ] rede
iem tot rede brengen

2. rede (het uiten van woorden; redevoering):

rede
Rede f
directe rede
een rede houden [o. uitspreken ]
iem in de rede vallen

3. rede (redelijkheid):

rede
rede

4. rede (ankerplaats):

rede
Reede f

re·den2 VB

reden 3. pers pl imp van rijden¹, rijden²

See also rijden , rijden

rij·den1 <reed, h. gereden> [rɛidə(n)] VB trans

German » Dutch

ˈRe·de <Rede, Reden> [ˈreːdə] N f

1. Rede (Ansprache):

rede(voering)
een rede houden

3. Rede (Gerücht):

gerucht nt

Choose your language Deutsch | English | Español | Italiano | Polski